Bestuurslid Alwijn ten Cate voorgedragen als wethouder.

CDA Schouwen-Duiveland draagt Alwijn ten Cate voor als kandidaat wethouder

De fractie van het CDA Schouwen-Duiveland draagt Alwijn ten Cate (49) uit Gilze-Rijen voor als kandidaat wethouder. Uit een openbare sollicitatieprocedure is hij geselecteerd als opvolger van Daniël Joppe, die is voorgedragen als burgemeester van Voerendaal. Naar verwachting zal Alwijn ten Cate in december officieel benoemd worden en het wethouderschap van Daniël Joppe overnemen. 

Ervaring en achtergrond

Alwijn ten Cate heeft een brede ervaring in de politiek en de publieke sector. Hij is momenteel werkzaam als jurist bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en is daarnaast fractievoorzitter van het CDA in het waterschap Brabantse Delta. Van 2022 tot 2023 maakte hij deel uit van het dagelijks bestuur van dit waterschap. Ook binnen de gemeente Gilze-Rijen heeft hij een actieve politieke rol vervuld als raadscommissielid van 2017 tot 2022. Verder was hij tussen 2019 en 2022 secretaris binnen het provinciale CDA-bestuur van Noord-Brabant. 

Een sterke kandidaat voor Schouwen-Duiveland

Fractievoorzitter Rutger Punt van het CDA Schouwen-Duiveland spreekt vol vertrouwen over de keuze voor Alwijn ten Cate: “Hij is een bevlogen en energieke politicus, die zich tijdens de gesprekken zeer goed voorbereid toonde en op de hoogte bleek van de actuele politieke en maatschappelijke ontwikkelingen in Schouwen-Duiveland. Bovendien is hij een prettig en toegankelijk persoon, wat zeker bijdraagt aan het vertrouwen in zijn toekomstige samenwerking binnen de gemeente.”

Trots op vertrouwen en klaar voor een toekomstbestendig Schouwen-Duiveland 

Alwijn ten Cate is getrouwd en heeft twee dochters. Hij kijkt ernaar uit om als wethouder van Schouwen-Duiveland aan de slag te gaan: “Ik ben enorm trots op het vertrouwen dat de CDA-fractie Schouwen-Duiveland in mij stelt en op mijn voordracht als kandidaat-wethouder. Tegelijkertijd betekent deze stap dat ik afscheid neem van het waterschap, waar ik met veel plezier heb gewerkt en mooie resultaten heb bereikt de afgelopen jaren. Nu krijg ik de kans om mij in te zetten voor een toekomstbestendig Schouwen-Duiveland, waar huidige en toekomstige generaties kunnen wonen, werken en recreëren. Het voelt bijzonder om terug te keren naar Zeeland, waar ik een groot deel van mijn jeugd heb doorgebracht.”

Theorielessen voor Molenaars in opleiding.

Theorielessen seizoen 2024 – 2025

Hierbij een herinnering voor wie wilt deelnemen aan de theorielessen, morgen dinsdag 8 oktober starten we weer!

Nu de zomer op z’n eind is en de herfst zijn intrede doet, pakken we de draad van de theorielessen weer op.
De theorielessen zijn steeds op de dinsdagavond. We beginnen om (stipt) 20:00 uur, zodat we tussen 22:00 en 22:30 uur kunnen eindigen. We beginnen op dinsdag 8 oktober 2024 met de theorielessen. Hieronder het schema voor seizoen 2024 – 2025.
Aanmelden kunt u door een e-mail te sturen naar nbopleid@gildevanmolenaars.nl
Let op, de locatie is dit jaar niet in Hilvarenbeek, maar bij Molen de Wilde, Nieuwe Rielseweg 39, 5051 PD Goirle! Deze locatie is verwarmd, echter voor gebruik van een consumptie dient u te betalen.

Datum Plaats Onderwerp Docent
08 okt. 24 Molen de Wilde Introductie en Arbo Veiligheid Peter van Rongen en Onno Wubbels
15 okt. 24 Molen de Wilde Knopen/Schiemanswerk Onno Wubbels en Peter van Rongen
22 okt. 24 Molen de Wilde Het weer Petro van Doorne
29 okt. 24 Molen de Wilde Standerdmolen Geert van Stekelenburg
05 nov. 24 Molen de Wilde Bovenas, Wielen, Luiwerken Erwin Janssen
12 nov. 24 Molen de Wilde Bovenkruier, Kap, Kruien Erwin Janssen
19 nov. 24 Molen de Wilde Wieksystemen Patrick van Kessel
26 nov. 24 Molen de Wilde De vang Hub van Erve
03 dec. 24 Molen de Wilde Korenmolen Patrick van Kessel
10 dec. 24 Molen de Wilde Poldermolens Sven Verbeek
17 dec. 24 Holtens’ Molen Industriemolens Peter van Rongen

Adressen:
Molen de Wilde, Nieuwe Rielseweg 39, 5051 PD Goirle.
Holtens’ Molen, Veldstraat 39, 5751 AA Deurne (les Industriemolens).

Het schema van de theorielessen voor 2024 – 2025 is binnenkort ook te zien op de site van het Gilde van Vrijwillige Molenaars Afdeling Noord-Brabant.

Met vriendelijke molengroet,
Gilde van Molenaars Bestuur Afdeling Noord-Brabant

Geen herbouw Chaamse molen

‘College heeft cadeau de nek omgedraaid’
Werkgroep herbouw Chaamse molen trekt stekker uit plan
De werkgroep voor de her-bouw van de Chaamse korenmolen Weltevreden gooit het bijltje erbij neer. Hun plan krijgt geen steun. ,,Het hart is uit het idee gesneden.”

Berry van Oers

Chaam

De gemeente Alphen-Chaam zette een dikke streep door het plan van de werkgroep om de nieuwe molen op exact dezelfde plek als de oude te bouwen. ,,Het was de bedoeling de molen, die tussen 1865 en 1944 aan de Bredaseweg stond maar door de Duitsers werd opgeblazen, in de oude staat op dezelfde plaats te herbouwen”, aldus de werkgroep.

Het college wees de beoogde locatie af, omdat er na 1944 nogal wat is veranderd in de omgeving. Onder meer kwam er een woonwijk in de buurt. Gevreesd werd voor slagschaduw, inkijk en waardevermindering van de woningen.

De werkgroep heeft na die afwijzing nog naar andere mogelijkheden gekeken, maar besluit nu toch te stoppen. ,,Omdat het hart uit het idee is gesneden, nu de molen niet teruggebouwd mag worden aan Bredaseweg 24a.” De naam van de stichting in oprichting van molen Weltevreden is door de werkgroep inmiddels omgedoopt in molen Ontevreden.

,,Omdat elke gemeente wel een mooi cadeau wil krijgen met een aantrekkelijke voorziening, zonder dat daar kosten aan kleven, dacht ik al snel: dat moet lukken”, vertelt Jack van Ham, voorzitter van de werkgroep. Die club nam in 2022 het initiatief voor de herbouwplannen van de molen, met een kleine zorgvoorziening ernaast.

Tweehonderd vrienden

De werkgroep bracht de benodigde fondsen bijeen en ging al uit van een positief resultaat. Via een website kon men zich aanmelden als vriend van het idee. Dat leverde zo’n tweehonderd vrienden op. Van Ham: ,,We organiseerden informatie- en discussiebijeenkomsten voor betrokkenen, riepen deskundigen bijeen van gemeenten die een molen hebben herbouwd en nodigden architecten en molenaars uit om uitleg te geven en vragen te beantwoorden.”

Geeft de molen niet voortdurend slagschaduw, was een van de kritische vragen. ,,Nee, bovendien zou de molen maar één keer per week een paar uurtjes draaien”, zegt Van Ham. En inkijk in achtertuinen vanaf de balustrade? ,,Die is niet voor publiek toegankelijk en in de molen zou geblindeerd glas komen”, legt van Ham uit.

Ook buurtbewoners die vreesden voor waardedaling van hun huis probeerde hij gerust te stellen: ,,Kijk eens rond in plaatsen waar ze een molen hebben. Er zijn daar veel mensen die graag uitzicht op zo’n prachtig bouwwerk hebben.”

Van Ham verwachtte dat het college het burgerinitiatief zou omarmen. Te meer omdat het project volgens hem goed past in een Cittaslow-gemeente, een keurmerk voor gemeenten die onder meer op het gebied van cultuurhistorie tot de top behoren. Van Ham: ,,Het college had ruim vijfhonderd dagen nodig om het cadeau de nek om te draaien. Met een beetje enthousiasme en vooral creativiteit was dat niet nodig geweest.”

Voor het originele artikel klik hier

Ook Oisterwijkse molen zucht onder oprukkende woningbouw

Ook Oisterwijkse molen zucht onder oprukkende woningbouw: ‘Hoge muur komt als een duveltje uit een doosje’

OISTERWIJK – Blijft de Kerkhovense Molen voldoende wind vangen om te blijven malen? Dat is onzeker nu er dertien nieuwe woningen worden gebouwd, net op de plek waar de meeste wind vandaan komt. ,,Onderhoud aan de molen gaat zo flink meer geld kosten.”

De eeuwenoude molen Dye Sprancke in Sprang-Capelle heeft het zwaar

Huizen rukken razendsnel op, en de historische molen zucht en steunt: ‘Je moet oppassen dat die niet op hol slaat’

SPRANG-CAPELLE- De eeuwenoude molen Dye Sprancke in Sprang-Capelle heeft het zwaar. De bebouwing om hem heen rukt steeds verder op. De molen worstelt nu met een serieus windprobleem. Hoe is de Dye Sprancke nog te redden?
BNdeStem editie Waalwijk, Michel Koster 24-05-24, 19:40
De molen gaat flink heen en weer. ,,Het kan nog veel harder”, verzekert molenaar Machiel Treffers. ,,Je kunt dan hier geen kopje koffie drinken, schudt zo alles uit je kopje.” De draaiende wieken hebben het duidelijk zwaar te verduren. ,,Alleen de bovenste wieken vangen vol wind, krijgen de volle mep”, legt Treffers uit. ,,Bij de onderste wieken komt nauwelijks wind door alle gebouwen en groen die de molen omringen. Dat verschil zorgt voor deze schommelingen. En ja, daar lijdt de molen flink onder.”
Het is amper voor te stellen: de Dye Sprancke stond ooit moederziel alleen in het landschap aan de Oudestraat. Maar de bebouwing rukt in een rap tempo op. De Waalwijkse nieuwbouwwijk Landgoed Driessen ligt inmiddels op een steenworp afstand van het rijksmonument. Pal naast de molen wordt nu ook gebouwd. Daar verrijzen acht patiobungalows van het project De Wiecken. En dat is nog niet alles. Met het project Molenhoek komt er weer een flink appartementengebouw bij.
,,De molen komt letterlijk in de knel”, stelt beroepsmolenaar Sven Verbeek. Hij assisteert Machiel Treffers, die al ruim veertig jaar aan de Dye Sprancke verbonden is. ,,Wij snappen ook dat er woningen nodig zijn, maar maken ons grote zorgen over de toekomst van deze molen.”
Nog maar veertig van zulke molens in Nederland
Het is niet zo maar een molen. De Dye Sprancke is in 1747 gebouwd in Vrijhoeve, en verhuisde in 1854 naar de huidige plek. ,,Er zijn nog maar veertig van zulke molens in Nederland”, vertelt Treffers. ,,Het is een originele standerdmolen, met een volledige houten constructie. Deze zijn extra kwetsbaar voor valse winden en turbulentie.”
Bij de molen wordt door de windproblemen nu nog maar zo’n twee dagen per maand graan gemalen, in plaats van drie keer per week. Ook het enkel laten draaien van de wieken is niet zonder risico’s. ,,Je moet oppassen dat de molen dan niet op hol slaat”, legt Verbeek uit. ,,Dat kan gebeuren als de wind er opeens wel doorkomt, om een gebouw heen of tussen de bomen door. Als de molenaar dan niet snel ingrijpt, gaat het fout.”
Het is volgens hem ook heel lastig om de werkelijke windsterkte in te schatten, met al die gebouwen en bomen in de directe omgeving. ,,Het zicht op de horizon is verdwenen. Je ziet daardoor ook geen weersveranderingen aankomen, zoals plots opkomende buien. Met alle gevaren van dien.”
Wachten op grote dure restauraties
De molenaars moeten er niet aan denken dat de Dye Sprancke straks helemaal niet meer draait. Ze sluiten zo’n doemscenario niet uit als geen extra actie wordt ondernomen. ,,Als de molen niet meer draait, holt de staat achteruit”, benadrukt Verbeek. ,,De molenaar zal veel minder aanwezig zijn. Kleine gebreken worden minder snel opgemerkt en hersteld.”
,,In een werkende molen zie je geen hout aantastende insecten, omdat zij niet van trillingen en beweging houden. Hoe anders is dat, als alles stil staat. Dan kun je wachten op grote, dure restauraties.”
Ze wijzen op het belang van de molen voor het dorp. ,,Het is één van de iconen van Sprang-Capelle, mensen komen hier regelmatig langs, willen de molen zien of kopen een zakje meel.”
Onderzoek naar de wind
Volgens de molenaars is het overigens niet zo dat de gemeente helemaal geen aandacht heeft voor de molen. Het is niet voor niets een rijksmonument. Er zijn eerder al wat bomen gesnoeid. Ook bij bouwplannen wordt naar de molen en de wind gekeken, en zo nodig wat aangepast.
,,Maar ze kijken veel te weinig naar het geheel”, vinden ze. ,,Bij ieder bouwplan afzonderlijk is er onderzoek naar de wind, en steeds blijkt dat het moet kunnen. Maar hoe betrouwbaar zijn die uitkomsten als je niet breder kijkt?” Ze pleiten voor een echt goed molenplan, waarin staat welke kant het met de Dye Sprancke op moet. ,,Het is nu zo dat de molen en de omgeving elkaar in de tang hebben.”
Maar is het niet al te laat? Je kunt moeilijk de huidige huizen slopen en bomen kappen. De molenaars zien een oplossing, door de molen op een drie á vier meter hoge ‘berg’ te zetten. Zo springt de Dye Sprancke weer veel meer in het oog. En nog belangrijker, op deze manier steken er drie wieken boven de obstakels uit. De molen kan dan weer volop draaien, meer malen, en verpaupert niet.

Veel hangt af van de gemeente, die eigenaar van de Dye Sprancke is. Volgens haar houdt ze wel degelijk rekening met de molen als er bouwplannen zijn. En tot nu toe zou het allemaal moeten kunnen. De molenaars hebben hun zorgen gedeeld met de gemeenteraad. Het is afwachten of die noodkreet gehoor vindt. ,,Er zijn al raadsleden bij de molen wezen kijken, dat biedt hoop.”

Het originele artikel lees je hier

Nieuw boek verschijnt in het najaar: Hondenmolens in de Lage Landen.

Hondenmolens in de Lage Landen

Het idee om een hond te bezitten met als enig doel de mens gezel- schap te houden, is relatief nieuw. Vroeger waren honden geen metgezellen, maar ‘arbeiders’, gebruikt naar hun hoedanigheden en kwaliteiten.

De mens heeft altijd getracht om, waar mogelijk, monotoon of zwaar werk af te stoten en gebruikte dieren om zijn plaats in te nemen.
Honden bleken een ideale energiebron en sinds de 16de eeuw werd hij, als kleine en economisch verantwoorde ‘motor’ meer en meer gebruikt. Het dier liep in een tredwiel en zijn geringe vermogen was voldoende voor de kleinschalige huisindustrie. Hij kon een boterkarn, een blaasbalg of een lintzaag aandrijven, een slijpsteen of een wortelsnijder en hij kon zelfs water oppompen…
Bij een landbouwtelling in België in 1910 werden er nog bijna 16.000 exemplaren opgetekend. Vandaag de dag zijn er naar schatting nog amper 25 in Vlaanderen en 15 in Nederland overgebleven. Door de opkomst van coöperatieve zuivelfabrieken, in Nederland al in de tweede helft van de 19de eeuw, maar ook door de beide wereldoorlogen en de opkomst van nieuwe energiebronnen, ging het snel bergafwaarts met de hondenmolens. Nieuwe wetten en regels in het kader van de dierenbescherming betekenden het einde van de rol van de hond in een belangrijk agrarisch en industrieel verleden. Dit aspect van onze sociaaleconomische geschiedenis bleef tot op heden sterk onderbelicht. De auteurs hopen met dit boek deze leemte op te vullen.

Over de auteurs

Hondenmolens in de Lage Landen is ontstaan na een jarenlange, intensieve samenwerking tussen de twee auteurs, Jan Delcour en John Verpaalen.
Jan Delcour (°1947) publiceerde al in 1999 een eerste studie over hondenmolens en heeft veel onderzoek gedaan naar deze kleinschalige werktuigen.

Ook John Verpaalen (°1951) verdiept zich al jaren in dit onderwerp en heeft er tal van artikelen over gepubliceerd. Hij heeft verschillende boeken op zijn naam staan, waarin hondenmolens vaak aan bod komen.

Over het boek

Hondenmolens in de Lage Landen wordt uitgegeven door de Stichting Levende Molens te Roosendaal, die het boek ook in belangrijke mate zal subsidiëren om het betaalbaar te houden. Immers, door het specifieke onderwerp zal de oplage beperkt blijven tot slechts 200 exemplaren.
Het boek verschijnt volledig in kleurendruk op A4 formaat en wordt ingebonden met een harde kaft. De publicatie gaat om en nabij de 300 pagina’s tellen met circa 330 illustraties, waarvan een groot aantal nooit eerder werd gepubliceerd.
Het boek bestaat uit twee delen.
Naast een algemeen gedeelte over de geschiedenis, de constructie, de functies enzovoort zal de lezer een uitgebreide inventaris aantreffen van alle nog bestaande hondenmolens in Nederland, België en het noorden van Frankrijk.
Vervolgens passeren ook tientallen verdwenen hondenmolens de revue, voor zover hier afbeeldingen van bewaard zijn gebleven.
Het geheel mag beschouwd worden als een ‘alles’ omvattend standaardwerk, aangezien aan deze werktuigen niet eerder zo’n uitgebreide studie is gewijd.
Het voorwoord is van Alain Goublomme, voorzitter van Molenforum Vlaanderen.
Hondenmolens in de Lage Landen verschijnt komend najaar. Het zal worden gepresenteerd in het Karrenmuseum te Essen, op de grens van Nederland en Vlaanderen, waar men een volledig ingerichte hondenmolen kan bewonderen.

Voorintekening

Op 1 mei is een voorintekening van start gegaan die zal worden afgesloten op 1 augustus 2024. Tijdens deze voorintekening kan het boek worden besteld voor € 39,95.
Na 1 augustus zal die prijs zeker worden verhoogd, maar er zijn nog meer voordelen:
De voorintekenaars betalen geen verzendkosten en zij ontvangen bovendien een gratis setje prentkaarten met ‘hondenmolens’ als thema. Deze prentkaarten worden in een beperkte oplage en exclusief voor deze gelegenheid gedrukt.

Zo maak je gebruik van de voorintekening:

  •   Maak € 39,95 (of een veelvoud van dat bedrag) over naar volgende bankrekening:NL46 ABNA 0100 7092 06

    Op naam van Stichting Levende Molens. De BIC code is: ABNANL2A

  •   Geef tevens je adresgegevens door aan: molencentrum@gmail.comJe ontvangt dan mettertijd een persoonlijke uitnodiging om de officiële presentatie van het boek bij te wonen. Kun je hierbij niet aanwezig zijn, dan wordt het boek naar je opgestuurd in een stevige verpakking.

Stefan Willems uit Cuijk onderscheiden met een Lintje.

Motivatie:

De heer Willems is vanaf 2001 vrijwillige molenaar op de Molen Jan van Cuijk. In 2005 heeft hij deze molen geheel weer in maalvaardige staat terug gebracht. In 2010 bestond de molen 150 jaar en toen heeft hij het pakhuis grondig gerestaureerd. In 2011 heeft hij zich aangesloten bij het Ambachtelijke Korenmolenaars Gilde om zo nog meer draagkracht te krijgen en om de molen te gebruiken waarvoor deze gebouwd is. Eveneens was hij 3 jaar bestuurslid van de Vereniging Molenvrienden Land van Cuijk. Ook is hij inmiddels 10 onafgebroken bestuurslid van carnavalsvereniging de Nölers in Cuijk. Hij is vanaf 2020 als voorzitter betrokken bij de commissie productie en regieteam Cuijkse Zittingen.

 

Riet Meijer onderscheiden met een lintje.

Riet Meijer ontvangt het Lintje van Burgemeester M van Toorenburg van de gemeente Nuenen. Foto: Peet Wessels

Motivering.

Riet Meijer werd in 1997 samen met haar man Ernst Thoolen, eigenaar van de Hooydonkse Watermolen, gelegen in Nederwetten. Op dat moment was de molen in slechte staat van onderhoud en de stuw stond op instorten. De watermolengebouwen zijn rijksmonument maar de omgeving niet. Riet Meijer is zich gaan verdiepen in de cultuurhistorische betekenis van de molen en de technische werking ervan. Door haar inzet hebben ook de stuw en de omgeving begin 2000 rijks-bescherming gekregen. De molen wordt maalvaardig gerestaureerd en de stuw wordt herbouwd. Vanaf 2008 is Riet lid van de Adviesraad van Molenstichting Noord-Brabant. Ze zet zich daarbij niet alleen in voor het behoud van de watermolens maar benadrukt ook waarom het belangrijk is om de oorspronkelijke watermolenlandschappen te herstellen. 

De afgelopen jaren heeft Riet Meijer zich onderscheiden door een tweetal projecten te initiëren, te ontwikkelen en draagvlak en middelen te verkrijgen. 

Het eerste project de ‘Pilot Watermolenlandschappen in het Groene Woud’ ( 2017), was bedoeld om de watermolenlandschappen in kaart te brengen door middel van paspoorten van de gebouwen, hun omgeving en het gebied wat zij door hun opstuwende werking beïnvloeden. Ook de potenties van verdwenen watermolens voor gebiedsinrichting werd in kaart gebracht. 

Het tweede project waar ze samen met Waterschap, provincie en deskundigen een draagvlak wist te mobiliseren bij een groot aantal partijen was het Erfgoed Dealproject ‘Watermolenlandschappen voor Klimaatadaptatie’ (2020). Door de Stuurgroep van de Erfgoed Deal wordt dit project gezien als schoolvoorbeeld voor verbinden van erfgoed met grote maatschappelijke opgaven zoals klimaatadaptatie. De kracht van Riet Meijer is dat zij haar eigen ervaringen als eigenaar van de Hooydonkse Watermolen vertaalt naar het grotere geheel en daarbij verder kijkt dan de standaardoplossingen. Ze zoekt daarbij nadrukkelijk de samenwerking op met experts, ambtenaren, bestuurders en eigenaren en is in staat om tegengestelde belangen te verenigen waardoor er nieuwe wegen ingeslagen kunnen worden en doet dat met veel energie, enthousiasme en volharding. Riet zelf ziet de toekenning van  het ‘lintje’ zeker ook als de erkenning van het belang van watermolens voor actuele opgaves. Een erkenning ook van ‘samenwerking’ met andere partijen en andere personen; iets waaraan dit project zijn kracht ontleent. 

 

Gilde van Molenaars bijeenkomst in Oost en West

Bijeenkomsten in Oost en in West

Het bestuur van Het Gilde van Molenaars Afdeling Noord-Brabant wil meer contact met haar leden en heeft daarom twee bijeenkomsten georganiseerd, respectievelijk op 10 april 2024 voor Oost-Brabant en op 11 april 2024 voor West-Brabant.

Indien u wenst deel te nemen aan één van deze bijeenkomsten, gaarne in uw aanmelding aangeven deelname West of deelname Oost via e-mail: nbsecr@gildevanmolenaars.nl

Oost-Brabant is het gebied ten oosten langs de lijn Dongen, Gilze en zo naar de Belgische grens en grenzend aan Gelderland, Limburg en België.

West-Brabant is het gebied grenzend aan de provincie Zeeland tot de lijn ten oosten van het Land van Heusden en Altena (dus inclusief Land van Heusden en Altena) en ten oosten de lijn langs Dongen naar de Belgische grens.

Voor onze Belgische leden laten wij aan hun de keuze welke bijeenkomst zij wensen deel te nemen.

Let op, er is een nieuw agendapunt toegevoegd; “Verantwoord omgaan met rug en schouders tijdens werkzaamheden op de molen”.

Woensdag 10 april 2024 Oost-Brabant

Locatie:

Molen De Zwaan

Molenpad 1

5382 KW Vinkel

Programma:

19.00 uur Deelnemers krijgen de mogelijkheid de Vinkelse molen bezichtigen onder leiding van de molenaars molen de Zwaan.

19.30 uur Ontvangst onder in de molen met koffie.

20.00 uur Aanvang informatieavond.

Agenda:

  1. Opening.
  2. Bijzonderheden uit de afdeling.
  3. Verantwoord omgaan met rug en schouders tijdens werkzaamheden op de molen.
  4. Samenvatting van de Opleidingsraad van 9 maart 2024.
    1. Uitleg wat is en doet de Opleidingsraad.
    2. Samenvatting “Wat is er besproken in die Opleidingsraad”.
  5. Samenvatting van de Algemene Leden Vergadering van 6 april 2024.
  6. WVTTK
  7. Afsluiting.

Molen De Zwaan bevindt zich in een autoluwe zone, en er is alleen parkeergelegenheid voor mensen met een gehandicapten parkeerkaart. Bij restaurant Den Driehoek kunt u parkeren. Wij vragen u hiermee rekening te houden.

Wij hopen op uw komst!

Met vriendelijke groeten,

Gilde van Vrijwillige Molenaars

Bestuur Afdeling Noord-Brabant

Donderdag 11 april 2024 West-Brabant

Locatie:

De Heimolen

Heimolendreef 24

4715 TC Rucphen

Programma:

19.00 uur Deelnemers krijgen de mogelijkheid De Heimolen te bezichtigen onder leiding van de molenaars De Heimolen.

19.30 uur Ontvangst in de molen met koffie.

20.00 uur Aanvang informatieavond.

Agenda:

  1. Opening.
  2. Bijzonderheden uit de afdeling.
  3. Verantwoord omgaan met rug en schouders tijdens werkzaamheden op de molen.
  4. Samenvatting van de Opleidingsraad van 9 maart 2024.
    1. Uitleg wat is en doet de Opleidingsraad.
    2. Samenvatting “Wat is er besproken in die Opleidingsraad”.
  5. Samenvatting van de Algemene Leden Vergadering van 6 april 2024.
  6. WVTTK
  7. Afsluiting.

Wij hopen op uw komst!

Met vriendelijke groeten,

Gilde van Molenaars

Bestuur Afdeling Noord-Brabant

2e Paasdag Molendag Land van Cuijk en omstreken

2e Paasdag Molendag Land van Cuijk en omstreken

Dit jaar is het 40 jaar geleden dat de vereniging Molenvrienden Land van Cuijk e.o. werd opgericht. De molens met hun molenaars uit de gemeenten Land van Cuijk, Heumen, Mook en Middelaar, Gennep en Bergen zijn bij deze vereniging aangesloten. In totaal zijn er in dit gebied 18 windmolens en 3 watermolens in werking.

Ter gelegenheid van het 40 jarig bestaan van de vereniging zullen de molens op 2e Paasdag 1 april van 11.00 tot 16.00 uur geopend zijn voor publiek. De molens zullen bij voldoende wind draaien en op enkele molens zal er graan gemalen worden. De aanwezige molenaars zullen u met alle plezier in de molen rondleiden en u alles vertellen over de werking van de molen. De vereniging Molenvrienden Land van Cuijk heeft een 40-tal actieve molenaars die wekelijks met de molen draaien, publiek ontvangen en leerling molenaars opleiden. Vooral het werven van nieuwe molenaars heeft vooral de aandacht omdat er door vergrijzing dringend nieuwe molenaars nodig zijn. Het vak van (vrijwillig)molenaar staat al enkele jaren op de Unesco lijst van immaterieel erfgoed en is daarom belangrijk dat dit voor de toekomst behouden blijft. Heeft u interesse om molenaar te worden vraag aan de aanwezige molenaar wat er allemaal komt kijken om dit mooie vak te mogen uitoefenen. Nieuwe leerlingen ( al vanaf  15 jaar) worden in de eigen regio opgeleid.

Graag zien wij u op 2e Paasdag in onze molens en de toegang is zoals altijd gratis.

Op de website www.molenvrienden.nl vind u alles over de deelnemende molens.

 

Geschiedenis
Vereniging ‘Molenvrienden Land van Cuijk e.o.’
Eind jaren zeventig verschenen de eerste vrijwillig molenaars in het ‘Land van Cuijk’. Niet alleen hier, maar ook in de rest van Nederland bleken de vrijwillige
molenaars een geschenk uit de hemel, want sinds de molens niet meer commercieel gebruikt werden, liep het aantal vakmolenaars sterk terug. Al in de jaren zestig werd daarom landelijk het Gilde van Vrijwillige Molenaars opgericht, een organisatie die zich zou inzetten voor het werven van nieuwe vrijwillige molenaars en voor de opleiding van deze molenminnende mensen.
Het lukte de eerste vrijwillig molenaar in het Land van Cuijk om andere molengeïnteresseerden warm te maken voor zo’n hobby. Op die manier ontstond er een kleine club van vrijwilligers-in-opleiding. Het was deze club vrijwilligers die begin jaren tachtig het idee kreeg om een vereniging te vormen die als doel het behoud van de molens in het Land van Cuijk zou hebben, via samenwerking met moleneigenaren en andere belanghebbende instanties.
In 1984 kregen de oprichtingsplannen een vastere vorm en op 13 april 1984 van dat jaar vond de uiteindelijke oprichtingsvergadering plaats. De vereniging
‘Molenvrienden Land van Cuijk’ was een feit! Startactiviteiten bestonden uit het vormen van een bestuur, het vervaardigen van een stand, het ontwerpen van een folder en briefhoofd en andere middelen om mee naar buiten te kunnen treden. Hierna konden de lokale overheden en bedrijven aangeschreven worden voor
(start)subsidies om zodoende een kas te kunnen creëren.
Vrijdag 18 januari 1985 was een belangrijke dag voor de vereniging. Die dag passeerden de opgestelde statuten de notaris en werden ze opgenomen in een notariële akte. Dit impliceerde vervolgens de inschrijving in het verenigingen- en stichtingsregister (tegenwoordig handelsregister) van de Kamer van Koophandel. Het bestuur en de actieve leden konden nu hun activiteiten voortzetten onder naamgeving van “Vereniging Molenvrienden Land van Cuijk”.
Nu, 40 jaar later heeft onze vereniging ca. 80 leden/ donateurs, waarvan ca. 40 actief als vrijwillig molenaar op één of meer van de 21 molens in onze regio.
Opleiden van vrijwillige molenaars is nog steeds een belangrijk doel van onze vereniging. We hebben ook nu weer enkele mio’s in opleiding.