Mensen rondom De Doornboom

Van de ruim honderd windmolens die Noord-Brabant telt, is die van Hilvarenbeek één van de grootste. De Doornboom werd gebouwd in 1857, maar kwam eind jaren zestig in het bezit van de gemeente. Vijf vrijwillige molenaars houden deze bergmolen in bedrijf, maar daarnaast zijn nog tientallen anderen betrokken bij dit monument. Over hen en over de woelige geschiedenis van de laatste windmolen van Hilvarenbeek, gaat het boek Mensen rondom De Doornboom, dat zojuist is verschenen.

Waarom heet een windmolen De Doornboom? De verklaring ligt in een eeuwenoude legende over een gerechtelijke moord die in het dorp al generaties wordt doorverteld. Een man, waarschijnlijk valselijk beschuldigd, vraagt om een godsoordeel. Wanneer dat in zijn voordeel dreigt te eindigen, wordt de proef afgebroken. De auteur, Kees van Kemenade, heeft het verhaal in het boek opgenomen. De auteur wilde namelijk een volledig ander molenboek schrijven, dan gewoonlijk wordt gepubliceerd. Natuurlijk komt de geschiedenis, verlucht met een groot aantal historische foto’s en kaarten aan de orde, maar het grootste deel van het boek is ingeruimd voor de mensen die om en met de molen actief zijn.

De presentatie van het boek Mensen rondom De Doornboom. De vrijwillige molenaars ontvingen uit handen van burgemeester Ryan Palmen allemaal een exemplaar van Mensen rondom De Doornboom. V.l.n.r. Bart Hoofs, de schrijver Kees van Kemenade, Ton Sleegers, Piet van Rijswijk de oud-molenaar, burgemeester van Hilvarenbeek Ryan Palmen, Brigit Moonen, Onno Wubbels, Erwin Moonen en Jan Scheirs.

Werken met de molen

Volgens de schrijver zijn er dat veel meer dan hij, toen de gemeente hem verzocht dit werk op zich te nemen, verwachtte. In de eerste plaats natuurlijk de vijf vrijwillige molenaars, waarbij oud-mulder Piet van Rijswijk en molenkenner Jan Scheirs nog vaak een handje toesteken. Dan zijn er de boeren en de graanhandelaar die tarwe, spelt en andere granen leveren, en de afnemers van de producten. De pannenkoekenbakker, de bakkers die er brood en koekjes van maken, de slager voor de worst en balkenbrij. Om de molen draaiend te houden zijn de molenbouwers onontbeerlijk. Of de zeilmaker die de zeilen levert, en de fabrikant van molenstenen. Ze zijn allemaal door de schrijver geïnterviewd en vertellen enthousiast over hun ambacht, net als de elektricien, de bliksembeveiliger, de dakdekker en de loodgieter. Maar ook de Monumentenwachten de Houtarts laat hij in het boek aan het woord. Zelfs een bioloog die de plantengroei op de berg onderzocht en en passant nog een plantje van de rode lijst, de tongvaren, ontdekte. Uit een expositie in de gewelven van De Doornboom is het museum De Dorpsdokter ontstaan. Ook die geschiedenis wordt uitgebreid uit de doeken gedaan, nat al die van de heemtuin D’n Doornhof aan de voet van de molen. Samen een heel complex dat een bezoek meer dan waard is.

Het ambacht komt uitgebreid aan de orde, zoals hier het scherpen van de groeven met de bilhamer.

Het molenambacht

Het ambacht van de molenaar staat nu weer volop in de belangstelling. In Mensen rondom De Doornboom wordt van elke van de werkzaamheden die de mulders uitvoeren uitvoerig beschreven. Het lichten van de stenen met de steenkraan en het scherpen van de stenen, het kruien naar de wind, het bedienen van het luiwerk, het omgaan met de vang, het opleggen van de zeilen en vooral natuurlijk het malen van het graan. Ooit werd er veel eikenschors tot run gemalen, voor de plaatselijke leerindustrie, dat is al bijna een eeuw voorbij. Maar de inrichting van de schorsmolen is nog altijd aanwezig. Het verhaal over het ambacht van de molenaar wordt met veel foto’s ondersteund en maakt het boek tot een werk dat veel geïnteresseerden in de molenwereld met veel plezier zullen raadplegen. De auteur heeft daarbij steeds geprobeerd om zo toegankelijk mogelijk te schrijven. Specifieke termen als kropgat en klapspaan worden meteen uitgelegd en waar nodig van een afbeelding voorzien.

Het boek Mensen rondom De Doornboom is te koop via de website van de uitgever www.kabeljauws.nl.

 

In het boek zijn ook veel historische foto’s opgenomen, zoals deze plaat uit 1938.